16 September: Cederbergen
Als we opstaan wordt onze vrees bewaarheid, het is koud en het motregent ook nog. We hebben hier eigenlijk helemaal niet op gerekend. Gisterenavond liepen we nog langs de PEP, een soort Zuid-Afrikaanse Zeeman. We besluiten om daar wat warms te gaan kopen. We "vallen" beiden voor een soort berenvel van nep-suede, foeilelijk, maar erg warm! We kopen ook nog warme sokken. Met jas en al verdwijnen we de auto in en rijden richting Clanwilliam.
Clanwilliam is de laatste "grote" plaats voor de Cederbergen, dus gooien we de tank vol benzine (70 cent per liter Euro-Loodvrij) en halen nog wat Randen uit de muur. Na een kop koffie met veels te lekkere scones kunnen we geen pap meer zeggen en rijden de "Pakhuispas" op. De weg naar "de Pakhuys" waar we onderdak hopen te vinden is dertig kilometer, waarvan de helft "dirtroad". De auto is nu definitief smerig rood en onherkenbaar geworden. Hier heb je geen bereik op je mobiele telefoon meer en is internet dun gezaaid.
Bij "de Pakhuys" aangekomen blijkt dat de twee cottages vol zitten vandaag. Morgen is er wel plek en er is een buurvrouw vier kilometer verderop die nog een cottage, genaamd Kleinfontein, verhuurd. Gelukkig maar. Zo ziet die cottage er van buiten uit.
Alle cottages hier in het dal zijn "self catering" en de dichtstbijzijnde winkel is in Clanwilliam, dertig kilometer terug. We laten ons niet kisten en rijden zestig kilometer heen en weer om voor drie dagen proviand in te slaan.
Langzaam klaart het weer op en teruggekomen hebben we nog puf voor een wandeling achter onze cottage.
Onderweg komen we het familiegraf tegen.
Ook zien we veel bloemen waaronder dit schattige "Namaqua kalkoentje".
Dit is een normaal gesproken erg droog en heet gebied waar cactussen het goed doen. Ze staan ook achter ons huis. Deze is drie meter hoog.
We eten nu "thuis". Peet kookt pasta en bij de warmte van de olieradiator maken we een paar webpagina's. Daarna weer vroeg op stok!